Netwerkinstellingen
Selecteer
Menu
>
Instellingen
en
Connectiviteit
>
Netwerk
.
Het apparaat kan automatisch schakelen tussen GSM- en UMTS-netwerken. GSM-
netwerken worden aangeduid met . UMTS-netwerken worden aangeduid met
.
Maak een keuze uit de volgende opties:
86
Connectiviteit
Netwerkmodus — Selecteer welk netwerk u wilt gebruiken. Als u
Dual mode
selecteert, wordt het GSM- of UMTS-netwerk automatisch geselecteerd op basis van
de netwerkparameters en de roaming-overeenkomsten tussen de serviceproviders.
Neem contact op met uw netwerkprovider voor de details en kosten van roaming.
Deze optie wordt alleen weergegeven als deze wordt ondersteund door de
serviceprovider.
Een roaming-overeenkomst is een overeenkomst tussen meerdere serviceproviders
die gebruikers van verschillende netwerken in staat stelt om gebruik te maken van de
diensten van andere serviceproviders.
Operatorselectie — Selecteer
Automatisch
als u wilt dat het apparaat een
beschikbaar netwerk zoekt en selecteert of
Handmatig
als u handmatig een netwerk
wilt selecteren. Als de verbinding met het handmatig geselecteerde netwerk verloren
gaat, hoort u een fouttoon en wordt u gevraagd opnieuw een netwerk te selecteren.
Het geselecteerde netwerk moet een roaming-overeenkomst met uw eigen netwerk
hebben gesloten.
Weergave info dienst — Stel het apparaat zodanig in dat wordt aangegeven wanneer
het apparaat gebruik maakt van een mobiel netwerk op basis van de MCN-technologie
(Micro Cellular Network) en om de ontvangst van relevante informatie te activeren.